Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zet [66]de oude palen niet terug, die uw vaderen gemaakt hebben. 66. Hebreeuws, de palen der eeuwigheid. Zie van deze palen Deut.19:14, en Deut.27:17; boven hfdst.15 vs.25, en onder hfdst.23 vs.10; en van het woord eeuwigheid, dat hier voor een langen en onbepaalden tijd genomen wordt, 1 Kon.1:31.